A. Wat neem ik waar?

We zijn natuurlijk heel benieuwd hoe jij naar jouw omgeving kijkt. En of je een helende omgeving ervaart waar je werkt en woont. Hieronder staat een oefening waarmee je de omgeving kunt waarnemen en ervaren.

Oefening waarnemen: Helende omgeving

Kies één ruimte op jouw locatie uit, bijvoorbeeld de gemeenschappelijke woonkamer, het kantoor, een slaapkamer, de groepsruimte of overlegruimte. Je kunt deze oefening
alleen of met je team doen. Het kan helpen om even tot jezelf te komen door met je ogen dicht je hele lichaam even te voelen (van je tenen tot je hoofd).

Loop vervolgens de gekozen ruimte in.

Waarnemen

  • Wat valt het meeste op in deze ruimte?
  • Wat voor lichamelijke sensaties roept de ruimte bij je op?
  • Wat ervaar je als prettig?
  • Waar heb je last van?
  • Hoe ervaar je deze plek vanuit je gevoel voor evenwicht?
  • Wat voor effect heeft deze plek op je stemming?
  • Wat voor effect heeft deze ruimte op je bewustzijn en je concentratie?
  • Welke kleur komt er bij je op als je deze ruimte op je in laat werken?
  • Waartoe nodigt deze ruimte je uit?
  • Wat heeft in deze ruimte speciale betekenis voor je?

Reflectie
Hoe was het om deze oefening te doen? Wat is je conclusie van deze oefening? Ter afronding kun je nu een cliënt of kind in gedachten nemen en voor jezelf proberen na te gaan hoe die deze omgeving ervaart.

Bron: Helende omgeving voor mensen met ontwikkelingsproblemen, Annemieke Korte (NVAZ)

Begeleider: Vanuit het grote kijken naar het kleine. Iets kleins heeft een grote wereld als je je ermee verbindt.

Door te oefenen word je steeds beter in waarnemen. Je gaat kleinere dingen zien en ziet meer (lichaams)signalen die cliënten, kinderen of collega’s laten zien. Door vaker waar te nemen, kun je soms ook overstijgende patronen of thema’s zien.

B. Wat voel ik?

De jaarfeesten in het ritme van de vier seizoenen.

Binnen de antroposofie vormen de jaarfeesten het ritme van het jaar. Veel cliënten beleven en ervaren de seizoenen door het vieren van deze jaarfeesten. Door deze terugkerende activiteit, op eenzelfde voorspelbaar moment in het jaar, weet iedereen wat er komen gaat. Dit geeft een gevoel van veiligheid, herkenning en versterkt het vertrouwen. Daarbij beleef je je verbonden met de mensen om je heen. Het zijn momenten waarop je de gemeenschap goed kunt ervaren waar jij zelf ook onderdeel van bent.

Er zijn in het jaar vier jaarfeesten die verbonden zijn aan de seizoenen:

  • Lente – Lentefeest – Pasen
  • Zomer – Zomerfeest – Sint Jan
  • Herfst – Herfst-oogstfeest – Michaël
  • Winter – Winterfeest – Kerst

Door open te staan voor de jaarfeesten en rituelen in de antroposofische zorginstelling, kun je elke keer weer nieuwe ervaringen opdoen. In onderstaand voorbeeld vertelt een
begeleider hoe zij het Michaëlsfeest heeft ervaren en wat ze ervan heeft geleerd.

‘Wat beleefde ik aan het Michaëlfeest’

Het Michaëlsfeest op 29 september is één van de jaarfeesten die wordt gevierd. Dan zijn de dag en nacht even lang en is de zomer voorbij. Er wordt dankbaar stilgestaan bij de oogst van dit jaar. Ook wordt deze dag gevierd hoe de dappere aartsengel Michaël in de hemel en Sint Joris op de aarde samen de draak verslaan. Dit verhaal inspireert mij. In de jaren dat ik bij mijn antroposofische instelling werk, heb ik de Michaël viering regelmatig meegemaakt. Ik denk terug aan Pia, een ouder wordende vrouw met het Syndroom van Down, die de grip op de realiteit aan het verliezen is, wat erg beangstigend voor haar is. Op een zeker moment ga ik nog even mee de groep op. Geïnspireerd door de  seizoenstafel in de gang, loopt zij ineens als Ridder Joris zogenaamd met een zwaard in het rond te zwaaien. Voor mijn ogen verschijnt een andere vrouw. Met haar borst vooruit, stevige looppas en een grote glimlach. Dit is één van de dingen die ik zo mooi vind aan de viering van de jaarfeesten met onze cliënten. Ze halen kwaliteiten in hen naar boven, die soms diep in hen verstopt liggen. Voor mij is iedere cliënt en zijn familie die bij ons komt, moedig. Ze komen al wandelend of rollend over hun levenspad vele hobbels en kuilen tegen. En iedere keer gaan ze weer door, vaak met veel hulp van hun omgeving. Tijdens het Michaëlsfeest vier en eer ik ook altijd hun moed en neem ik die mee de donkere winter in.

Kun je de jaarfeesten van harte meevieren of zitten dingen je in de weg? Ervaar je dat als zinvol of voelt het vreemd aan voor jou? Welk jaarfeest spreekt jou aan en weet je ook waardoor dat komt?

Rituelen

Naast de jaarfeesten zijn er in de antroposofie ook veel rituelen. Een ritueel is het doen van een aantal handelingen in een vaste volgorde op een bepaald moment. Rituelen kunnen op verschillende momenten plaatsvinden, bijvoorbeeld een slaapritueel, een eetritueel, een verjaardagsritueel of een begroetingsritueel. Door een vaste regelmaat bij deze momenten te houden, geeft dit rust, ruimte en voorspelbaarheid in wat er gaat gebeuren. Een ritueel kan bijvoorbeeld een liedje zijn, een versje, een dansje, een beweging of
bijvoorbeeld een kaarsje aansteken. Rituelen zijn ook belangrijk bij geboorte en overlijden. In de antroposofische zorg hebben we bewust aandacht voor geboorte en overlijden. Het zijn momenten om stil te staan bij het grotere perspectief. Hieronder lees je hoe dit gebeurt en wat het doet.

Voorbeeld: Een ritueel bij het overlijden van een bewoner

Het gebeurt dat een bewoner komt te overlijden. Dat raakt de mensen die dicht om deze mens heen staan, maar het raakt ook de gehele gemeenschap. In onze gemeenschap krijgen dan alle woonhuizen en werkplaatsen een bericht. Zij krijgen een foto van de overledene en een spreuk die zij kunnen lezen bij gedenkmomenten. Bij de receptie is een gedenkplek met foto en bloemen en er brandt een kaars. De ontmoetingen zijn in deze periode anders, het overlijden leeft in de gemeenschap en het schept verbondenheid met elkaar. Soms kiest de familie ervoor om de uitvaart in onze gemeenschap te laten plaatsvinden met een dienst in de grote zaal en de begrafenis op de natuurbegraafplaats aan de rand van het terrein. De spreuken die klinken, maar vooral de muziek door het bewoners- of medewerkerskoor maken diepe indruk. De zaal is één, er is sterke verbondenheid. De bewoner wordt gedragen door de gemeenschap die samenkomt.

Ieder mens neemt zijn eigen rugzak mee en niet alle rituelen en gewoonten passen daar vanzelfsprekend bij. Dat is ook gewoon een feit en dat is oké. Sommige begeleiders nemen hun eigen religieuze achtergrond mee, ieder heeft zijn eigen geschiedenis. Sommige mensen hebben daardoor moeite met de jaarfeesten en de spreuken. Anderen hebben bijvoorbeeld moeite met woorden als Goddelijk en geestelijk. Wat kun jij je daarbij voorstellen?

Welke rituelen herken jij op jouw locatie? Welk ritueel spreekt je aan? Is er een ritueel dat je niet aanspreekt?

Spreuken

We beginnen de dag met een spreuk. Dat doen we omdat we daarin een sfeer neerzetten waarin we iedereen meenemen. Het is krachtig om dit met elkaar uit te spreken. Dat geeft een gevoel van ‘samen’. In het voorbeeld hieronder wordt dat toegelicht.

Voorbeeld: De ochtendspreuk van juf Madeleen

Met een ochtendspreuk kun je dagelijks even bewust zijn dat er een nieuwe dag voor je ligt. Kleuterjuf Madeleen doet dit met haar kleuters. “Met de ochtendspreuk zet ik een sfeer neer waarin ik de kinderen meeneem, maar ik moet er wel met mijn aandacht bij zijn, anders werkt het niet.” De kleuters zitten elke ochtend in de klas op hun stoeltje in een
kring, als de dag met het vaste ritueel begint. “Ik zing eerst een liedje van het seizoen, gevolgd door ‘Stralend stijgt de zon omhoog’” vertelt Madeleen. “In de zomer gaat de  spreuk over een wereld die de kleuters buiten ook zien, waar de zon veel aanwezig is. Als het winter wordt, schakel ik over op een andere ochtendspreuk, gericht op de wintertijd, waarin onze aandacht meer naar binnen keert.” Madeleen merkt hoe sterk de kinderen reageren op haar aandacht tijdens het zingen van de spreuk. Als ze de spreuk zegt omdat het er nu eenmaal bij hoort en ze niet haar aandacht er vol bij heeft, dan ziet ze de aandacht bij de kinderen ook verslappen. “Als ik de spreuk belangrijk vind, hem graag zing en weet waarom ik dit doe, dan pakken de kinderen het op. Dat werkt heel sterk door.”

Welke spreuken spreken jullie met elkaar uit op jouw locatie? Hoe vind je het om dat met elkaar te doen?

C. Wat weet ik?

Een helende omgeving voor jouw cliënten

  • Weet jij wat voor jouw cliënt belangrijk is om voor hem een helende omgeving te creëren?
  • Wat weten zijn ouders of naaste familie over een prettige helende omgeving voor deze cliënt?
  • Wat staat erover in zijn dossier?
  • Wat weten vertrouwde begeleiders of therapeuten hiervan? Hebben zij ervaringen die betekenisvol zijn voor de inrichting van zijn kamer?

Gezonde eet- en drinkgewoonten

Voeding is de basis van een gezonde leefstijl. Gezonde eetgewoonten zijn niet vanzelfsprekend. Veel mensen kampen bijvoorbeeld met overgewicht. Veel ziektes hangen samen met een ongezonde leefstijl. Sta je bewust stil bij de eet- en drinkgewoonten in jouw eigen werkomgeving? Wat zijn de gebruiken en gewoonten? Wat vind je daarvan?

Hoe ga je zelf om met voeding? Is er verschil tussen wat jij zelf thuis gebruikt en wat er op je werk wordt gebruikt aan voeding? Hoe is dat voor jou?

Zingeving

Zingeving is belangrijk voor ieder mens. Het geeft een bepaalde kracht en inspiratie. Een positief gevoel waarmee je de dag in gaat en waarmee je kracht hebt om met lastige situaties om te gaan. Je kan zingeving bekijken door jezelf of je cliënt de vraag te stellen: waar kom jij je bed graag voor uit? Wanneer is een dag voor jou betekenisvol? Zingeving kan ook belangrijk zijn in lastige situaties.
Uit onderzoek van Machteld Huber over ‘positieve gezondheid’ blijkt dat het van groot belang is om betekenis te kunnen geven aan dingen die je overkomen in het leven. Dat is belangrijk om gezond te blijven. Door moeilijke ervaringen een plaats te geven, kun je ervan leren en de kracht vinden om door te gaan. Eerst is het nodig om te begrijpen wat er gebeurd is en vaak kan daarna pas de zingeving komen. In de zorg voor mensen met een beperking is het vaak nodig om nare ervaringen goed te bespreken, zodat ze begrijpen wat er is gebeurd. Er woorden aan geven, het gewoon vertellen, kan dan vaak al helpen. Dat geldt zeker voor mensen die dat zelf niet kunnen.

Hoe ervaren jouw cliënten hun leven? Hoe leren zij en wat zie jij als hun leermomenten in hun dagelijks leven?

D. Wat doe ik?

Na het waarnemen, het voelen en de dingen die je weet, is het ook belangrijk om tot handelen te komen. Als je kijkt naar de omgeving waarin je werkt, dan zie je wellicht mogelijkheden voor verbetering. De volgende oefening kan je daarbij helpen.

Ermee aan de slag: De helende omgeving

In de waarnemingsoefening heb je gekeken naar de omgeving. Je hebt gekeken hoe jij de omgeving zelf ervaart en hoe de cliënten/kinderen het ervaren. Naar aanleiding van de waarnemingsoefening van de omgeving kun je kijken naar verbeteringen voor de ruimte:

  • Vraag eerst aan de andere gebruikers (zoals je collega’s, cliënten en familie) welke verbeteringen zij zouden wensen.
  • Doe zelf twee of drie aanbevelingen voor verbetering. Stel deze voor aan de andere gebruikers van die ruimte, en luister naar wat zij ervan vinden.

Seizoenstafel

De verbinding met de natuur is belangrijk en dat zie je terug in de antroposofische zorgorganisatie. Een voorbeeld hiervan is de seizoenstafel. Dat is een tafel (of kastje of stukje vensterbank) waar je door middel van versieringen jaarfeesten en rituelen vormgeeft, het is ingericht en aangepast op het seizoen. Hieronder staat een oefening om daarmee praktisch aan de slag te gaan.

Ermee aan de slag: De seizoenstafel

We zijn als mensen verbonden met de aarde en het ritme van de aarde beweegt door ons heen. Al zijn we daar in deze tijd vaak helemaal niet zo bewust van. Vroeger leefden mensen sterk mee met de seizoenen, voornamelijk omdat men afhankelijk was van de oogst. Elke periode had zijn eigen offer- of herdenkingsfeest. Hieruit zijn de jaarfeesten ontstaan. Eerst vanuit een natuurbeleving en later vanuit het christendom. De jaarfeesten zijn een middel om ons te verbinden met het ritme van de natuur en de seizoenen en met religieus besef. In onze interculturele samenleving is het van belang ook hieraan aandacht te schenken. Deze symboliek van de jaarfeesten kan meegenomen worden in de seizoenstafel.

De onderzoeksvraag:
Hebben jullie een seizoenstafel op je werkplek? Hoe ziet deze seizoenstafel eruit? Wie verzorgt deze? Hoe wordt iedereen daarin betrokken?
Hoe is het voor de cliënten? Zijn deze betrokken? Hoe kun je ze actief hierin meenemen? Kunnen ze iets meenemen en zelf toevoegen?

Voeding

Gezonde voeding is een essentieel onderdeel van ieders leven. Voor kinderen en ouderen is gezonde voeding nog extra belangrijk als basis voor groei en vitaliteit. Hieronder staan wat tips om de kwaliteit van de voeding zo nodig te verbeteren.

Ermee aan de slag: Voeding
Onderzoek met je collega’s hoe jullie omgaan met voeding.

Is er gezonde voeding in huis? Weet je wat je voedingsbudget is? Zijn er verse producten? Zijn deze biologisch of biologisch dynamisch?
Kook je zelf in huis? Zijn de cliënten betrokken? Hoe vaak eet je vlees/vis/vegetarisch of vegan?
Heb je fruit in huis? Wordt er snoep of koek gegeten? Wanneer is dat? Let je op de voedingswaarde en de suikers of andere E-nummers?
Zijn er personen met allergieën?
Geef je iets te eten om te troosten of te plezieren? Waarom?
Weet je wat voeding doet met de gezondheid en stemming van jouw bewoners? Hoe nuttigen jullie de maaltijd? Doe je dat met elkaar? Hoe begin je? Wacht je op elkaar? Sluit dat aan bij ieder zijn mogelijkheden of moet je andere keuzes maken?

Belangrijk is: Maak bewuste keuzes met elkaar!

E. Wat doet het met mij?

Deze essentie ‘naar het geheel kijken’ heeft veel verschillende kanten. Jehebt je ermee uiteen gezet. 

Wat heeft dat jou opgeleverd? Wat heb je ervan geleerd?

Een leven lang leren en het omgaan met leerervaringen

In de antroposofische zorgverlening blijf je je leven lang leren en het is belangrijk hoe je omgaat met leerervaringen. Als je iets meemaakt wat niet zo fijn was, hoe kijk je daarop terug? Wat neem je ervan mee voor de volgende keer dat je zo’n situatie meemaakt?

Wat houdt je op dit moment bezig? Wat zou je zelf willen leren? Wat puzzelt je op dit moment in jouw eigen werk? Hoe zou je hier een leerervaring van kunnen maken? Weet jij hoe je dit kunt onderzoeken en bespreekbaar kunt maken?

Ook cliënten blijven hun leven lang leren. Het is belangrijk om te vragen en te kijken welke leerbehoeften zij hebben. Zodat je jouw begeleiding kan aanpassen op hun ontwikkelingsmogelijkheden.

Weet jij wat jouw cliënten/kinderen zelf nog zouden willen leren? Welke leervorm is daarbij passend?

In je werk als begeleider heb je aandacht voor de kinderen of mensen en verbind je je met hen. Het is een uitdaging om iedere dag weer fris waar te nemen. Als dat lukt, onbevangen en zonder oordeel kijken naar de mensen waar je mee werkt, dan zul je zien dat je uit de routine kunt stappen en steeds nieuwe dingen blijft ontdekken. Grote veranderingen vallen ons vaak wel op, maar ook kleine signalen kunnen van belang zijn en ons veel zeggen over het welbevinden. Hoe waardevol is het om je waarnemingen met je collega’s uit te  wisselen, elkaar daarin te inspireren en nieuwe ontwikkelingsmogelijkheden te ontdekken. Dit kun je doen door onderstaande oefening uit te voeren.

Reflecteren: Wat was het wonder van de dag?

Wissel in de komende teamvergadering uit rond een specifieke bewoner of de bewoners. Laat ieder zijn ‘wonder’ beschrijven uit de afgelopen periode. Wat heeft je verrast? Beschrijf de situatie waarin dit plaatsvond. Vertel wat je zag en meemaakte. En vertel waarom dit je verwonderde.

Kunst

Kunst is ook een belangrijke uiting van een helende omgeving. Kunst heeft verschillende vormen, zoals een schilderij, een gedicht, spreuk, etc. Hieronder staat een gedicht van Hans Andreus.

Gelukkig dat het licht bestaat
En dat het met me doet en praat
En dat ik weet dat ik er vandaan
kom, van het licht
of hoe dat heet.

Hans Andreus

Als je het leest, wat raakt je dan? En waar heb je vragen bij?

Voorbeeld: Omgaan met onze ervaringen - een humuslaag opbouwen

Derk Klein Bramel, initiatiefnemer van zorgboerderij Urtica de Vijfsprong, vergeleek het omgaan met ervaringen in het menselijk leven met het maken van compost.

Hoe maakt een boer goede compost? Hij maakt een mooie hoop en zorgt dat het niet te nat en niet te droog is, en voldoende luchtig. Af en toe zet hij het om op het juiste moment. Zo wordt het goede compost en verzorgt de boer met de compost de humuslaag van de aarde. Dat is de voorwaarde voor een gezonde plantengroei.

Zo kun je ook omgaan met je ervaringen en herinneringen. Echt aandacht schenken aan wat je meemaakt. Erover praten, af en toe omzetten, op de temperatuur letten, goed vochtig en luchtig houden.
Dan leer je van je ervaringen en ontdek je nieuwe mogelijkheden.

Compost zorgt voor een goede humuslaag in de aarde. Dit betekent een gezond bodemleven en een goede plantengroei. Als wij onze ervaringen omzetten en daardoor onze eigen ontwikkeling verzorgen heeft dat ook een positieve werking op het sociale leven in de gemeenschap. Daarmee verzorgen wij de humuslaag in de gemeenschap waarop de mens zelf kan leren en mag groeien. Door de juiste omstandigheden is menselijke ontwikkeling en groei voor iedereen mogelijk.

Blijf je verwonderen over de grote samenhangen van het leven, blijf ermee in verbinding. Weet je deel van een groter geheel, dat is ook de boodschap van dit hoofdstuk.

Samenvatting

In onderstaande tabel zie je in de kolom ‘Naar het geheel kijken’ de samenvatting van dit hoofdstuk.

camino 09 03 

Werken met Camino en het Antroposofisch begeleidingshuis

Zijn er onderwerpen waar je meer over wilt weten? Neem dan een kijkje in www.werkenmetcamino.nl het digitale antroposofische begeleidingshuis.

Camino

Met de download link hier onder kun je de Camino in PDF formaat downloaden. Dit betand is 10 Mb groot. Wil je liever de Camino als papieren versie ontvangen? Kies dan de button 'Bestel Camino'.

Download Camino (PDF)Bestel Camino